‘Met mijn stage vulde ik een paar loze maanden tussen een buitenlandstage in Nieuw-Zeeland en het begin van een nieuw collegejaar. Via een vacaturewebsite vond ik de AFM, ik kon hier meewerken aan een onderzoek naar datacentralisatie. Vanaf dag een zat ik met mijn leidinggevende in overleggen met andere national competent authorities over de hele wereld, om kansen en obstakels te inventariseren. Het onderzoek is internationaal gepresenteerd, een mooi resultaat.
Toen mijn studie weer begon, wilde ik eigenlijk wel bij de AFM blijven. Ik vroeg aan mijn manager of ik werkstudent kon worden. Dat was een primeur voor onze afdeling, ze hebben nog niet eerder een werkstudent gehad. Naast mijn colleges werk ik twee dagen per week hier, eigenlijk op dezelfde manier als tijdens mijn stage. Misschien heb ik meer eigen taken en werk ik iets zelfstandiger.’
Dit is eigenlijk mijn eerste echte baan, niet een bijbaantje. Dat is echt anders dan college lopen. Ik moest even wennen aan het ritme, maar dankzij een goede introductie en de begeleiding door m’n collega’s voelde ik me snel thuis. Iedereen is behulpzaam. En er worden veel leuke activiteiten buiten het werk om georganiseerd, bijvoorbeeld door Young AFM. Over een paar maanden begin ik aan mijn scriptie, daarna kan ik afstuderen. En dan? Misschien blijf ik bij de AFM, ik zit hier goed op m’n plek.’